Murgab - grens

14 juli - 18 juli

 

Om 9 uur verlaten we Murgab richting Karakol. De afstand is ca 135km met daarin de Ak-Baital Pass van 4644meter.

We hebben geluk, de wind is gedraaid, ipv headwind hebben we tailwind. De 2 duitse jongens die we in Alichur al hadden ontmoet, Dominique en Silvio, en Arturo zijn al vertrokken. Na ca. 5 km zien we ze weer bij een smalle rivier. De brug is ingestort, dus schoenen uit en door het water dan maar.. We fietsen samen verder, maar al snel haakt Arturo af. Hij zal ons in zijn eigen tempo volgen. Murgab ligt op 3600mt, dus we zullen een stukje omhoog moeten, maar dit gaat zo geleidelijk dat het niet veel moeite kost. Rond half 2 betrekt de lucht en begint het hard te waaien. Bij een lege stal stoppen we om beschutting te zoeken en te lunchen. Na een half uur begint de zon weeer te schijnen en gaan we weer op weg. Het landschap is nog steeds fascinerend mooi. Rond half 6 , op 10km van de pass, zoeken we een geschikte kampeerplek. Na een uur komt Arturo ook aangefietst. Hij is samen met de duitse Vitalli. We koken allemaal ons eigen potje, wij voor de verandering weer instant noedels, en kruipen vanwege de inmiddels aangewakkerde wind vroeg in de tent.

Vroeg slapen betekend vaak ook vroeg wakker, dus om 7 uur begint het ochtendritueel: 

Tassen op de fiets, tent uitruimen (Dianne) water koken  voor Nestle babypap (Harrie).

Om 9 uur vetrekken we richting de pass. Vitalli fiets al snel een stuk voor ons en Arturo doet het rustig aan. We zien hem eind van de dag wel. Het begin is steil en de weg is inmiddels overgegaan in grind, zand en stenen. Het fietsen valt vanwege de hoogte niet mee. Af en toe moeten we stoppen om op adem te komen. Voor Dianne gaat lopen soms beter dan fietsen. De voldoening is dan ook groot als we de top bereiken. De afdaling is in het begin ook stijl en de weg erg slecht. Na 7 km wordt het nog slechter, washbordroad! Er is ons verteld dat dit de komende 30km zo zal blijven. We stoppen na een 15km bij een yurt om wat te eten en daar verteld men ons dat we nog 8km washbord voor de boeg hebben. Gelukkig heeft deze Taijik gelijk.

We hebben een sterke wind van soms opzij en soms van voren. Na een laatste korte klim gaat het downhill en is de wind gedraaid. In de verte zien we het Kakakulmeer met de besneeuwde bergtoppen er omheen al liggen. Het is adembenemend mooi. In Karakul besluiten we een rustdag te nemen en verblijven we in homestay Sadat. Het is er rustig en ook het eten (volpension) is prima. Een uur na ons arriveerd ook Arturo. De volgende ochtend, Arturo is al weer vertrokken, lopen we met z'n vieren richting het meer. Als we de waterkant bereiken rennen we direct terug, het zit er vol met muggen!!! Ze achtervolgen ons zelfs. We lopen nog een stukje door het dorp en brengen een bezoekje aan de enige winkel. Aangezien deze in een woning gevestigd is kost het even zoeken, maar we gaan naar 'huis" met de gebruiktelijke snickers, koekjes, cola en snoepjes. De rest van de dag luieren we wat en kletsen met andere gasten in de homestay. 

Voor de volgende dag staat er 1 klim op het programma en fietsen we het dorp uit, de zon schijnt  en de wind in de rug. Eenmaal over de top van de 4323meter hoge Uybulok pass stoppen we voor de lunch. Als we onze weg naar beneden vervolgen hebben we een straffe wind tegen en de weg wordt ook steeds slechter. We komen moeilijk vooruit en krijgen ook nog eens te maken met een paar "zandstormen" om half 6 zijn we er alle 4 klaar mee en slaan ons kamp op in een grote kuil langs de kant van de weg. Aangezien we allemaal moe zijn, wordt er niet gekookt en kruipen we direct in onze tent. Het avondeten is karig: koekjes met jam en een snickers. Na een goede nacht en een stevig muesliontbijt stappen we op de fiets richting de grens van Tajikistan. Deze ligt bovenop de Kyzyl-Art pass van 4280meter. Gelukkig is er niet zo veel wind als gisteren en valt de klim naar de pass mee. Om 12 uur zijn we bij de grens. Het is ons niet precies duidelijk bij welk gebouw we ons moeten melden en van het geschreeuw van de mensen die daar rondlopen wordt het ook niet duidelijker. Dan eindelijk, verscholen achter een groot gebouw, zien we het kleine douanekantoortje en na 10 minuten kunnen we Tajikistan verlaten.

Langar naar Murgab

8 juli - 12 juli

 

De Panj rivier splits zich bij Langar, vanaf vandaag volgen we de Pamir rivier stroomopwaarts en beginnen we direct met een steile klim van ca. 3km, fietsen is bijna niet mogelijk,  dus duwen dan maar!

Naarmate we verder de onbewoonde wereld infietsen wordt het om ons heen steeds mooier. Bergen van boven de zesduizend meter met besneeuwde toppen, groene dalen waardoor zijrivieren de Pamir rivier instromen.

Het loopt tegen vijfen als we aan de andere kant van de rivier, in Afganistan dus, een aantal mensen met hun kamelen een kamp op zien slaan. Dit gebeurt hier nog steeds en het voelt een beetje als verdwaald, ten tijde van de zijde route. Na over en weer wat begroetingen fietsen we verder en gaan op zoek naar een plek om ons "kamp" op te slaan. We vinden een groene strook langs de rivier en na een geweldig dinner van instant noedels, gaan we op tijd naar bed. Het ontbijt slaan we even over, er zijn vanochtend te veel kleine vliegjes om rustig buiten te zitten. We pakken de boel snel in en stappen op de fiets. Na een uur komen we bij een geschikte bergstroom om water te filteren en nemen we de tijd voor een ontbijtje.

Het landschap waarin we ons bevinden is prachtig de weg die we moeten fietsen echter niet. Stenen, zand, gravel,  er zijn stukken waar we de fiets samen moeten duwen om vooruit te komen. Om 1 uur komen we aan bij een militaire checkpoint, waar we ons paspoort moeten laten zien. Het gaat er in tegenstelling tot de andere checkpoints in Tajikistan professioneel aan toe. We hadden al gehoord dat ze het personeel van dit checkpoint in z'n geheel hebben vervangen ivm corruptie.

We besluiten te gaan lunchen en ons mentaal voor te bereiden op de pass die direct na het checkpoint van start gaat.

Het begin van de 12km lange klim is weer erg stijl, de weg nog steeds slecht en de top van de pass ligt op 4344meter.

Na een langere struggle dan gedacht komen we dan eindelijk op de top en besluiten een stukje af te dalen om een geschikte plek voor de tent te zoeken. In deze afdaling komt Dianne ten val, maar een schaafplek op de knie en schouder houdt ons niet tegen. Plotseling slaat het weer om, het begint hard te waaien en licht te regenen. Als deze regen overgaat in hagel en het ook nog begint te onweren, gooien we snel het grondzeil van de tent over de fietsen zodat we daaronder kunnen schuilen. Na 15 min klaart het op en kunnen we verder. Bij een klein meertje vinden we een geschikte plek om te kamperen. Buiten zitten en eten is vanwege de wind wat lastig dus zoals altijd, vroeg in de tent. Vanwege de hoogte en het daardoor moeilijker ademhalen worden we 's nachts een aantal keren wakker, maar gelukkig hebben we geen last van hoofdpijn. We doen het de volgende ochtend rustig aan, de zon schijnt, de wind is gaan liggen en we genieten van het uitzicht. Om half 10 stappen we op de fiets voor het laatste deel van de afdaling.

En dan bereiken we de M41 en is er na 3 weken eindelijk weer ASFALT  En dat rijdt fijn !!

Nog 25 km naar Alichur, een paar heuveltjes en we zijn er. Alichur is een heel klein en rustig dorp in de middle of nowhere. Er zijn 3 kleine winkeltjes, waar we alle dingen voor onderweg zoals: cola, snoep, koekjes en natuurlijk onze dagelijkse snickers kunnen kopen.

We verblijven in homestay Samara, volpension voor $15 pp. Het verblijf hier is echt top. Aardige mensen en heerlijk eten. We besluiten om 2 dagen te blijven, alhoewel we het hier ook wel een week uit kunnen houden.

Als we een wandeling in het dorp maken ontmoeten we Dominic (Gerry) en Silvio, 2 duitse fietsers ook onderweg op de M41 richting Kirgizie. Na een gezellig gesprek gaan zij nog een stukje fietsen en wij een dutje doen. 

De volgende ochtend stappen we om 10 uur op de fiets richting Murgab, waar Arturo al een kamer in het Pamir Hotel voor ons heeft geboekt. Het is een rit van ca. 100km, bergaf en we hebben de wind in de rug. De rit is een kadootje na de zware tocht van de laatste dagen. De omgeving is echt prachtig !!! Waar je ook kijkt je valt van de ene verbazing in de andere. Overal hoge, rotsachtige bergtoppen in de mooiste kleuren. We kunnen er geen genoeg van krijgen en stoppen vaak om foto's te maken. Om half 5 bereiken we het Pamir Hotel in Murgab waar Arturo en ook de 2 duitse fietsers al in de tuin zitten. We drinken een biertje en 's avond eten we samen in het hotel. De volgende ochtend gaan we na het ontbijt richting de bazaar om wat inkopen te doen. Deze bazaar is niet in een gebouw, maar bestaat uit losse containers met daarin een winkeltje. We vullen onze voorraad koekjes, babypap, instant noedels, cola en snickers aan en lopen met Arturo nog even door het dorp. We komen lang de plaatselijke slachterij en bezoeken het monument van Lenin. De rest van de dag relaxen en 's avonds staat er  jaksteak met friet op het menu.

 Korogh naar Langar

3 juli - 7 juli

 

Na een rustige voorbereiding verlaten we om 2 uur Korogh. De weg is goed en we fietsen door een soort kloof langs de rivier. Het is licht bewolkt en we hebben de wind in de rug. Om 4 uur eten we een warme maaltijd, zodat we 's avonds niet meer hoeven te koken. Na ca. 45km. zoeken we een plek om te overnachten. We komen bij een afgelegen huis en vragen of we daar de tent op mogen zetten. De man spreekt geen engels, maar neemt Harrie mee naar een stuk land aan de andere kant van de weg. Daar zijn 2 broers van de man aan het werk, de een is de eigenaar van het pand en de ander spreekt engels. We kunnen tegen een geringe vergoeding op een met glas afgeschermde overkapping slapen. Tijdens het avondeten blijkt dat deze mensen van plan zijn een guesthouse te bouwen met 6 kamers. De keuken is bijna klaar, het servies is al gekocht. Met de kamers willen ze dit jaar beginnen!! Nu zijn ze echter nog te druk op het land. Na het eten oefent de oudste dochter haar Engels met Dianne. Om 21.30 gaan we slapen.

We zijn rond 6 uur wakker en maken ons direct klaar om te vertrekken. Na wat brood en thee fietsen we richting Iskashim en de Wakhan vallei. De kloof waar we gisteren doorheen reden wordt hier al een stuk breder en gaat langzaam over in een vallei. Het wordt een stuk groener en er is veel meer landbouw dan we de laatste weken hebben gezien. Omdat we vroeg zijn vertrokken komen we op tijd aan in Iskashim. We overnachten in guesthouse Hanis. We gaan het stadje in om wat eten in te slaan voor de komende dagen want er is niet veel te krijgen in de Wakhan vallei , zegt men!

Na een heerlijke warme douche en een goed dinner, kletsen we nog wat met andere gasten die in tegenovergestelde richting reizen. Volgens hen kunnen we ons voorbereiden op slechte wegen en steile klimmen, "en bedankt he!!!".

De volgende dag verlaten we Iskashim richting Langar. De totale afstand is 105 km en na 40km zou het gedaan zijn met de redelijk goede weg en zou het overgaan in grind en gravel. We willen de route daarom in 3 dagen overbruggen en ook willen we het wat rustiger aan doen. Na 45km is de weg nog steeds redelijk goed en licht glooiend en komen we met een jongen in gesprek. Hij studeerd in de hoofdstad Dushanbe en spreekt redelijk goed engels. Hij nodigd ons uit bij hem thuis. Het is een typisch tajik huis en we kunnen er blijven overnachten.

Na een goed ontbijt, we krijgen zelfs nog wat gekookte eieren mee, vervolgen we onze weg. "Eindelijk" na 55km vanaf Iskashim is het gedaan met de "perfect" geasfalteerde weg en krijgen we grof grind en gravel voor onze kiezen. Om 16.00 vinden we in Vrang een homestay. We kunnen er "douchen" en onze kleren wassen. Ondanks een vermelding in de Lonely Planet vinden wij deze homestay kwalitatief erg matig. Het avondeten is erg sober, een soort soep met hard brood en lauwe thee. Dianne gaat na het eten wat lezen en Harrie gaat een eind lopen. Een van de bezienswaardigheden in de Wakhan vallei en in Vrang is een boeddhistische stupa die hoog boven Vrang is gebouwd.

Het is nog steeds een raadsel hou dit bouwerk hier is gekomen in een land dat al honderden jaren islamitisch is.

De volgende dag wederom een rustige dag. Het  dorp Langar is maar 31km. Daar willen we overnachten voordat we aan de steile klim richting de Kargus pas op 4400 meter beginnen. De weg is nog steeds redelijk te noemen. Af en toe losse stenen of mul zand. We komen 2x fietsers en 1x een paar motorrijders tegen. Om 14.30 rijden we het dorp binnen en vinden al snel een homestay:

$15 pp incl. lunch, dinner en breakfast.

Het avondeten bestaat uit noedels met plakjes worst. Helaas is dit alles bereid in olie en dat durven we na onze eerdere ervaring niet aan. We verontschuldigen ons hiervoor en vragen om heet water zodat we wat instant noedels kunnen beteiden. Het ontbijt is echter perfect. Pap, vers gebakken brood met boter en thee.

 

En dan kan het echte werk beginnen: 

Qa'ai Khumb - Korogh

27 juni - 29 juni

 

Vandaag beginnen we aan onze tocht van Qal'ai khumb richting Korogh. Het is 240km en we willen dit in 3 dagen doen. We volgen nu, stroomopwaarts, de Panj rivier, deze vormt de grens tussen Tajikistan en Afganistan. Het begint rustig, de weg is redelijk goed en licht glooiend, maar al snel is er van dat "redelijk goed" niets meer te merken. Het asfalt gaat over in zand en stenen en vooral tijdens de vele klimmetjes is dit lastig fietsen.

We rijden door een soort canyon met aan de overkant dus Afganistan. De dorpen en akkers daar zien er mooi en georganiseerd uit en zijn omgeven door veel groen. Op deze smalle weg komen we regelmatig vrachtauto's en tereinwagens tegen of worden we ingehaald door deze 4x4 auto's waarvan de chauffeurs denken dat ze Jan "Matn" Nijhof zijn! Ze gaan geen moment zachter rijden en veroorzaken gigantische stofwolken. Aan het eind van de dag vinden we eindelijk onderdak bij mensen in de tuin. We mogen slapen op de topchan. De vrouw des huises verrast ons met snoepjes, brood en thee. Daarnaast heeft ze ook nog eieren en worst voor ons gebakken. Het smaakt prima, maar als we na 2 uur slapen wakker worden voelen we ons beroerd. Harrie kan nog net op tijd de rand van de topchan bereiken om over te geven. De volgende ochtend slaan we het ontbijt maar even over. We voelen ons nog een beetje slapjes maar verder gaat het goed

 

Er veranderd aan het landschap en de weg weinig. De kloof is smal met aan de ene kant de steile bergwand en aan de andere kant de rivier. avonds zetten we onze tent op naast een afgelegen huis. De 3e dag zijn we om 6.00 uur wakker en na een licht ontbijt beginnen we aan de laatste 100km naar Korogh. Het is erg warm maar de weg wordt beter, we hoeven niet zo veel meer te klimmen en we zien meer dorpen dan de voorgaande 2 dagen. Om 19.00 uur komen we vermoeid aan bij de Pamir Lodge in Korogh. Na een biertje en wat pasta gaan we op tijd naar bed en zijn blij dat we na vele dagen het geraas van de rivier niet meer horen!

Dushanbe naar Qal'ai Khumb

21 juni - 23 juni

Na 4 dagen relaxen in Dushanbe (de hoofdstad van Tajikistan) gaat het dan echt gebeuren. De M41, ook wel genaamd de Pamir Highway! De eerste dag doen we het rustig aan, het is erg warm en na 65km vinden we een hotel. De 2 spaanse jongens, Pepé en Antonio, die we in Dushanbe hebben ontmoet komen een uur later ook aangereden. Na het avondeten vroeg naar bed, want de komende dagen zullen niet eenvoudig zijn. De tweede dag rijden we af en toe samen met de spanjaarden, volgens hen is er in een dorp op ca. 80km een hotel en we spreken af om elkaar daar aan het eind van de dag weer te ontmoeten. Bij de politiepost, net voor het dorp, vertellen ze ons dat de spanjaarden niet naar het dorp zijn gereden, maar de weg richting de Pamir. Wij besluiten ook door te rijden, maar het begint al donker te worden en het lijkt er niet op dat er nog een dorp komt. Bij een aantal huizen vragen we aan een meisje of we daar de tent ergens op kunnen zetten. We mogen bij hen thuis overnachten. Als we ons geinstalleerd hebben krijgen we tot onze verrassing ook nog te eten. Noedels, brood en thee. Heerlijk. We mogen er douchen en zelfs onze kleren worden gewassen. Na een ontbijt met brood en thee vervolgen we onze weg. Deze mag nu geen Highway meer heten want bestaat grotendeels uit zand, grafel en stenen in alle soorten en maten. Na een uur fietsen komen we bij een "restaurant" de spanjaarden en ook Arturo (een argentijnse zwitser) tegen. Zij staan op het punt weer verder te gaan en we spreken af elkaar 's avonds in het hotel in Tavildara weer te teffen. 7km voor Tavildara vragen we een man waar we water kunnen krijgen. Hij nodigd ons bij hem thuis uit en wij worden gelijk getrakteerd op thee, brood, yoghurt en fruit. Ze hebben ook een gastenkamer en willen graag dat we blijven. We willen wel, maar we hebben met de andere fiietsers afgesproken, dus gaan we verder. De 3e dag is de dag naar de "Khaburabot pass" van 3252 meter. We hebben van meerdere toeristen al gehoord dat een brug aan het begin van de klim deels is ingestort en dat er ergens halverwege de klim een aardverschuiving is geweest waardoor motoren en auto's vanuit Dushanbe de zuidelijke route moeten nemen om op de Pamir Highway te komen Het eerste stuk tot aan de brug is relatief eenvoudig en er is een noodbrug aangelegd, geschikt voor voetgangers en ook met de fiets lukt het wel. Als we de brug gepasseerd zijn verteld men ons dat we vanwege de aardverschuiving niet de normale route kunnen volgen. We moeten een stukje om. De weg is soms steil en bestaat uit zand en stenen. Om half 5 is het genoeg geweest en zetten we bij een boerderij aan de rand van een dorp onze tent op. Koken hoeft niet want we worden getrakteerd op yoghurt en brood. De volgende ochtend regent het en het lijkt erop dat we niet kunnen gaan fietsen. Om 11 uur is het toch opgeklaard en vertrekken we alsnog. Wat een drama: de weg ligt vol modder, we moeten onze fietsen duwen. Na 100 meter staan we weer stil, de ruimte tussen de band en het spatbord zit vol modder. Nadat we deze verwijderd hebben kunnen we weer 100 meter verder. Het kost ons ruim 3 uur om de afstand van 6km tot aan de M41 te overbruggen. Om 5 uur zijn we op de top en beginnen we gelijk aan de afdaling, want we willen graag in het eerstvolgende dorp overnachten. Aangezien de weg voor het grootste gedeelte uit losse stenen en gravel bestaat doen we het rustig aan. En dan, op 15km voor de finish krijgt Harrie zijn eerste lekke band. Uiteindelijk bereiken we om 20.30 in het donker het Roma Guesthouse in Qal'ai Khumb. Hier blijven we de volgende dag ook nog om de fietsen schoon te maken, de was te doen en om uit te rusten!